Menu

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 22: Diagnose van een Toyota FJ Cruiser van bouwjaar 2007

Onregelmatige hartslag....

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een Toyota FJ Cruiser van bouwjaar 2007  met een 3.955 cm3 benzinemotor met LPG installatie die af-en-toe last heeft van verbrandingsproblemen en  soms een storingsmelding aangeeft over de luchtmassameter.

Zoals altijd starten we ons onderzoek met een volledige voertuigscan. Hieruit komen de volgende meldingen naar voren: 
[Engine and ECT]
p0101 mass air flow circuit range/performance problem
p0606 ecm/pcm processor
[ABS/VSC/TRC]
c1201 engine control system
c1223 abs control system malfunction
c1241 low battery positive voltage
or abnormally high battery positive voltage
[SRS airbag]
b1660 passenger's seat airbag active mode indicator

Er staan geen meldingen opgeslagen over een verbrandingsprobleem op een of meerdere cilinders. Volgens de eigenaar gebeurt dit een à twee keer per twee à drie weken.

We starten met een rondloopmeting om "analoog" vast te stellen of er een of meerdere cilinders een  afwijkende bijdrage aan de krukasversnelling hebben. In afbeelding 1 staat een van die metingen (rood is het krukassignaal, geel de aansturing van bobine 1 en paars de berekende krukasversnelling per cilinder op basis van het krukassignaal (rood)). In die meting is te zien dat bijdrage van cilinder 1 aan de  krukasversnelling varieert. De ene keer is er iets van een bijdrage (zie 1 in afbeelding 1), de andere keer is er geen bijdrage (zie 2 in afbeelding 1) en zomaar opeens is er wel een bijdrage (zie 3 in afbeelding 1). We zien eenzelfde fenomeen bij cilinder 3. Om vast te stellen of dit mogelijk veroorzaakt wordt door bougies, bobines  of injectoren, vervangen we de bougies en verwisselen we de bobines en injectoren met de andere cilinders. Daarna herhalen we de meting en stellen we vast dat het fenomeen dat zich afspeelt op cilinder 1 en 3 niet  mee verplaatst.

afbeelding1-8
afbeelding 1

Omdat bij deze motor de kleppen nog gesteld kunnen worden en de motor bedreven wordt op LPG  controleren we de speling van de kleppen. Deze vallen net binnen specificatie van de fabrikant; geen  verklaring voor de afwijking op cilinder 1 en 3. Ook maken we met afgekoppelde nokkenasverstellers een  opname van de distributietiming via de twee nokkenassensoren en de krukassensor. Als we deze vergelijken  met de timing van eenzelfde motor die op tijd staat stellen we vast dat: 

-> de nokkenasbank rechts (cilinder 1, 3 en 5) 5 krukasgraden van tijd staat en
-> de nokkenasbank links (cilinder 2, 4 en 6) 10 krukasgraden van tijd staat.

Deze afwijking zou wel een verklaring kunnen zijn voor de onregelmatige verbrandingsproblemen.  Desondanks besluiten we toch nog drukopnames in de cilinders uit te voeren (zie ook het vorige artikel van de Mercedes-Benz E200 met benzinemotor en verstopte katalysator) om vast te stellen of er mogelijk  nog een mechanisch probleem aanwezig is in cilinder 1 en 3. 

afbeelding2-5
afbeelding 2

Daartoe hebben we per cilinder van 7 arbeidscycli (compressie-, arbeids-, uitlaat- en inlaatslag) een  drukopname gemaakt en daar een gemiddelde van bepaald.
Deze opnames staan weergegeven in afbeelding 2. Daarnaast hebben we gemiddelde drukopnames per cilinder uit afbeelding 2 in een grafiek geplaatst (zie afbeelding 3). Hieruit volgt dat:

-> het verloop van de arbeids-, uitlaat-, inlaat- en compressieslag van de zes cilinders zijn vergelijkbaar op niveau en overgangen van vacuum en atmosferisch
-> de compressieratio van de cilinderbank rechts (cilinder 1, 3 en 5) circa 10 procent lager is dan de compressorratio van cilinderbank links (cilinder 2, 4 en 6).

afbeelding3-3
afbeelding 3

Op basis van alle bevindingen is de FJ Cruiser terug gegaan naar onze opdrachtgever met het advies om het distributiesysteem te vervangen. Enige tijd later krijgen we teruggekoppeld dat de ketting fors opgerekt was, de kettingspanner op maximale uitslag stond en de motor na het vervangen van het distributiesysteem  storingsvrij liep. Op naar de volgende 150.000 km.

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te  verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu 

Lees meer...

DE NIEUWE WET FRANCHISE

In veel branches komt franchising voor. Zo ook in de autobranche. Franchiseorganisaties creëeren een  concept waarbinnen een franchisenemer een eigen onderneming kan exploiteren zonder op veel gebieden zelf het spreekwoordelijke wiel uit te hoeven vinden. Dat heeft natuurlijk veel voordelen voor een ondernemer. Veel zaken hoef je immers zelf niet te bedenken en te regelen. Het heeft echter ook nadelen. Met name door de afhankelijke positie van een franchisenemer en met name dat is in mijn optiek de reden geweest waarom de wetgever daar nu wetgeving voor heeft gemaakt. Dit in de nieuwe Wet Franchise die met ingang van 1  januari 2021 in werking is getreden.

Franchise contracten voor de wetswijziging
Voor deze nieuwe wet was er nog geen specifieke wetgeving voor franchise contracten. Het stond de franchisegever en de franchisenemer dus vrij om af te spreken wat zij wilden. Wel werd er in de rechtspraak al op een bepaalde manier over constructies geoordeeld en ontstonden er zo dus in de rechtspraak al bepaalde regels en richtlijnen. Toch was de praktijk grillig en kwamen er ook allerlei gekke constructies  voorbij. Voor de wetgever was dat dus reden om hier wetgeving voor te maken.

De nieuwe Wet Franchise
Daarom is de nieuwe Wet Franchise. Het moet voor de praktijk tot meer duidelijkheid leiden. Met name om de positie van de franchisenemers te kunnen bepalen en ook om wat meer bescherming te bieden. Vaak is de franchisenemer immers behoorlijk ondergeschikt aan de franchisegever, zijnde vaak de veel grotere partij. Van de franchisegever wordt op basis van de nieuwe wet dus ook meer verlangd dan voorheen.

Verplichtingen Wet Franchise
Er zijn nu veel verplichtingen in de Wet Franchise expliciet opgenomen. Verplichtingen waarover ook voorheen niet geheel duidelijk was hoe daarmee omgegaan moest worden. De nieuwe wet biedt dus meer structuur. Wat wordt er dan zoal geregeld? 

Verplichtingen voor sluiten van franchise contract
Voor het sluiten van een franchise contract wordt al het nodige van de franchisegever verlangd. Het ziet met name op de informatie die aan de franchisenemer gegeven moet worden. De franchisenemer moet immers goed geïnformeerd zijn voordat hij aan het franchise contract begint. Vaak zijn het immers contracten voor meerdere jaren en waar ook soms stevige financiële verplichtingen tegenover staan. Denk aan de kosten die de franchisenemer verschuldigd zal worden. Maar ook andere informatie over de franchiseorganisatie en wat de franchisenemer kan verwachten als hij daaraan deelneemt. Ook moet informatie worden verstrekt waaruit enigszins afgeleid kan worden wat de franchisenemer kan verwachten als hij deelneemt aan de franchiseorganisatie en ook een globale inschatting kan maken van welke boterham hij eraan overhoudt. Deze informatieverstrekking is wel belangrijk. Het moet namelijk voorkomen dat de franchisegever zichzelf mooier verkoopt dan zij is. Dat is iets dat in het verleden namelijk nogal eens gebeurde. De franchisenemer mag er dus niet in worden geluisd.

Verplichtingen in franchise contract
Als de franchisenemer dan goed is geïnformeerd en besluit deel te nemen aan de franchiseorganisatie, moet er een franchise contract worden gesloten. Zo'n franchiseovereenkomst moet vervolgens ook specifieke zaken bevatten en als er een franchiseovereenkomst is gesloten, gelden op grond van de wet ook bepaalde verplichtingen over en weer. Een voorbeeld is dat de franchisenemers om instemming gevraagd moet worden bij bepaalde wijzigingen in de organisatie. Ook is het van belang te wijzen op een zorgplicht die nu in de wet is opgenomen. Zo mag van de franchisegever verlangd worden dat hij de franchisenemer ook actief helpt bij diens onderneming. Luie franchisegevers die enkel achterover leunen en het reilen en zeilen binnen de franchiseorganisatie passief aanzien, maar maandelijks wel menen de fee op te moeten strijken, komen daar dus niet meer mee weg. Met name van dat soort franchisegevers wordt onder deze nieuwe wet dus echt wat verlangd. 

Regels bij einde franchiseovereenkomst
Als de franchisenemer en franchisegever na het einde van hun franchiseovereenkomst ieder hun eigen weg gaan, gelden ook bepaalde regels. Meer in het bijzonder worden bijvoorbeeld regels gesteld aan de wijze waarop een concurrentiebeding voor de franchisenemer vormgegeven dient te worden. Ook zijn er regels over hoe bij het einde van de franchiseovereenkomst met de opgebouwde goodwill omgegaan moet worden. Daar ontstaat nu dus ook duidelijkheid over en dat zijn nu juist ook dingen waar in de praktijk na het einde van de franchiseovereenkomst vaak discussies over ontstaan.

Werking Wet Franchise
Zoals gezegd, is de wet ingegaan op 1 januari 2021. De wet geldt dus al, maar voor contracten die al voor 1 januari jl. gesloten zijn, gelden bepaalde verplichtingen nog niet. Daar geldt een overgangsperiode van twee jaren. In de toekomst zal de Wet Franchise dus gaan gelden voor alle franchisecontracten.

Meer bescherming en duidelijkheid
Zoals gezegd, komt franchising overal voor en ook zeer zeker in de autobranche. Tot voor kort waren in de wet nog geen speciale regels voor een franchiseovereenkomst opgenomen. Dat is nu veranderd door de  nieuwe Wet Franchise. Door deze nieuwe Wet Franchise worden veel zaken geregeld die eerder onduidelijk  waren. Dat leidde nogal eens tot juridische discussies. Met name doordat de franchisegever de franchisenemer bijvoorbeeld voor het sluiten van de franchiseovereenkomst niet goed informeerde en de franchisenemer dus meer verwachtte van deelname aan de franchiseorganisatie. Van de franchisegever wordt nu verlangd dat meer informatie wordt verstrekt en er wordt ook een actievere houding verlangd. Met name luie franchisegevers zullen dus in actie moeten komen. Het is de vraag hoe de wet in de praktijk uitpakt. Ook is het de vraag of het juridische procedures vermindert. Vaak ontstaan die na het einde van een  franchiseovereenkomst en hebben ze betrekking op concurrentiebedingen en de verdeling van de  pgebouwde goodwill. Ook daar zijn nu speciale regels voor geschreven en het is de vraag of dit nu procedures zal voorkomen of beperken. De tijd zal het moeten leren.

Heeft u vragen over de Wet Franchise of over een franchiseovereenkomst? Wordt uw vraag in deze column niet beantwoordt? Neem dan gerust contact op met Binnema Advocatuur.

Zoekt u ook hulp bij het opstellen van een (franchise) contract? Of heeft u een ander juridisch  probleem? Neem dan geheel vrijblijvend contact op met Binnema Advocatuur om meer informatie te ontvangen en bel 058 2030193 of stuur een e-mail naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.  

Kijk voor meer informatie op:
www.binnema-advocatuur.nl 

Lees meer...

AUTODIAGNOSE.EU

Praktijkgeval 20: Diagnose van een Mazda MX5 met motorcode B6D van bouwjaar 2001

Een simpel systeem dat tot hoofdbrekens leidt.......

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een Mazda MX5 van bouwjaar 2001 met een 1.598 cm3 indirect ingespoten verbrandingsmotor met motorcode B6D die af-en-toe niet aanslaat.

Het garagebedrijf welke dit voertuig bij ons aanbiedt heeft de brandstofpomp en de krukas- en nokkenassensor al vervangen. Dat had geen invloed op de storing. Zoals altijd starten we ons onderzoek met een volledige voertuigscan. Hieruit komen geen meldingen naar voren die gerelateerd zouden kunnen zijn aan de storing. Dit is, gegeven het bouwjaar van de Mazda niet zo vreemd. De zelf-diagnose van motormanagementsystemen van deze generatie is vaak Spartaans met als gevolg dat af-en-toe storingen zelden tot foutmeldingen leiden die herleidbaar zijn naar de oorzaak van de storing.

De storing blijft de eerste paar dagen uit. Uiteindelijk slaat de motor dan een keer niet aan.

We voeren metingen uit en zien dat:
-> het krukas-, nokkenas- en het luchtmassametersignaal overeenkomt met de signalen als de motor wel aanslaat,
-> de voedingen en massa's van de motorregeleenheid in orde zijn en
-> de bobines aangestuurd worden.

Wat we echter ook zien is dat de injectoren niet aangestuurd worden, maar wel van voeding voorzien worden. In afbeelding 1 staat een opname van het krukassignaal (rood), het nokkenassignaal (geel), de aansturing van de bobine (groen) en het uitblijven van de aansturing van de injectoren (blauw).

afbeelding1-6

Afbeelding 1

We verleggen onze aandacht naar de aansturing van de injectoren en voeren een meting uit bij de connector van de motorregeleenheid en de injectoren zelf. Die meting laat exact hetzelfde beeld zien; geen aansturing van de injectoren. Door deze meting kunnen we de bedrading tussen de injectoren en de motorregeleenheid wegstrepen als verdacht. 

Wat is er dan aan de hand?
Er is een reden waarom de injectoren niet aangestuurd worden. Die reden is niet het krukas-, nokkenas- of luchtmassametersignaal, ook niet de voedingen en massa's van de motorregeleenheid en ook niet de  bedrading tussen de injectoren en de motorregeleenheid. Om toch te achterhalen wat de oorzaak van het niet aansturen van de injectoren is, proberen we manipulaties uit te voeren om te zien hoe de motorregeleenheid daarop reageert:
-> als we de distributietiming van de motor aanpassen (uiteraard elektronisch en niet mechanisch) leidt dit tot het ontbreken van de aansturing van de injectoren, maar ook het ontbreken van de aansturing van de bobines. Geen match met onze situatie.
-> als we de startblokkering niet vrijschakelen wordt de startmotor niet aangestuurd; eveneens geen match met onze situatie.

We besluiten tot een brainstormsessie met ons team om niet-voor-dehand-liggende-redenen te bedenken waarom de injectoren tijdens de storing niet aangestuurd worden. Tijdens die sessie oppert Sven dat er bij dit soort oudere voertuigen waarbij de gasklep bediend wordt met een gaskabel, de injectoren soms uitgeschakeld worden als tijdens het starten het gaspedaal volledig bediend wordt. Dit is bij deze oudere auto's zo geimplementeerd omdat er dan compressie gemeten kan worden zonder dat er brandstof in de cilinders geinjecteerd wordt.

Tijd om deze hypothese te toetsen;
we bedienen we het gaspedaal voordat we starten en laten het gaspedaal tijdens het starten en niet aanslaan los. Dit leidt tot een gelijke situatie als bij de storing; geen aansturing van de injectoren, wel aansturing van de bobines. 

De hoofdverdachte is nu in beeld; de standmelding van de gasklep.
Als we deze bemeten tijdens de storing stellen we vast dat het signaal van de standmelding een offset heeft. Zakt deze offset tijdens het starten van de motor richting het niveau "gaspedaal niet bediend" dan vindt meteen aansturing van de injectoren plaats en slaat de motor aan (zie afbeelding 2).

afbeelding2-3

Afbeelding 2

De Mazda gaat terug naar de opdrachtgever met als reparatieadvies: vervang de gasklepstandsensor.

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te  verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu 

Logo Autodiagnose eu

Lees meer...

Gevaccineerd en nu?

Wie gevaccineerd is met een coronavaccin, kan toch nog Corona krijgen.. Een verpleger in Amerika werd toch nog ziek nadat hij 6 dagen ervoor het Pfizer-vaccin al had gehad (1). Hij kreeg rillingen, had koorts en spierpijn.

Een coronatest wees uit dat hij covid-19 had. Experts zijn niet verbaasd. Het is dus erg belangrijk dat u en uw personeel er van doordrongen zijn dat we toch nog een hele tijd vast zitten aan de Coronamaatregelen d.w.z. we zullen ons netjes en voorkomend moet blijven gedragen voor een groot deel van dit jaar 2021. Wie weet dat het met mooier weer stukken makkelijker gaat worden qua besmettingsaantallen maar daar moeten we vooralsnog nog niet op rekenen en niet van uitgaan.

Wie een eerste dosis van het vaccin krijgt is dus niet meteen beschermd. Blijf dus op je hoede en blijf je dus netjes gedragen en houden aan de Coronamaatregelen. Deze maatregelen kunt u eenvoudig op internet vinden, maar een deel heb ik voor het gemak en om te helpen hier overgenomen van een overheidssite.
Kritische denkers kunnen natuurlijk tegenwerpen dat de verpleger mogelijk al besmet was voordat hij de vaccinatie kreeg maar ik verwacht dat u dat nu nog niet bedacht had en het is ook maar de vraag of dat van belang is. Immers volledige bescherming geeft de vaccinatie niet op individueel niveau en voorlopig al  helemaal niet op groepsniveau.

De Nederlandse maatregelen: basisregels voor iedereen
Controle over het virus krijgen we alleen als iedereen zich aan de volgende basisregels houdt:
Thuiswerken, hygiëneregels, regels voor afstand houden, het vermijden van drukte en het dragen van een mondkapje.

Werk thuis, tenzij het echt niet anders kan
•Waar thuiswerken niet mogelijk is, spreiden werkgevers de werktijden.
•Mijd de spits.
•Een instelling of bedrijf kan 14 dagen gesloten worden wanneer de GGD heeft geconstateerd bij bronen contactonderzoek dat de besmetting hier heeft plaatsgevonden.

Regels voor hygiëne:
•Was vaak uw handen
•20 seconden lang met water en zeep, daarna handen goed drogen.
•Voordat u naar buiten gaat, als u weer thuis komt, als u uw neus heeft gesnoten, en natuurlijk voor het eten en nadat u naar de wc bent geweest.
•Hoest en nies in de binnenkant van uw elleboog
•Gebruik papieren zakdoekjes om uw neus te snuiten en gooi deze daarna weg
•Was daarna uw handen.
•Schud geen handen

Regels voor 1,5 meter afstand houden
•Houd 1,5 meter afstand (2 armlengtes) van anderen
•Dit geldt voor iedereen: op straat, in winkels of andere gebouwen en op het werk.
•Mensen die samen op één adres wonen, hoeven geen 1,5 meter afstand te bewaren.
•Door 1,5 meter afstand te houden is de kans kleiner dat mensen elkaar besmetten.

Regels voor het vermijden van drukte
In groepen kan het virus zich makkelijk verspreiden, en het opsporen van bronnen en contacten is lastiger als grote groepen mensen bij elkaar zijn geweest. Als u ziet dat het lastig wordt om 1,5 meter afstand te  houden: ga weg. Wanneer groepsvorming de publieke gezondheid of de veiligheid in gevaar brengt, kunnen handhavers optreden.

Verplicht dragen van een mondkapje
Iedereen van 13 jaar en ouder is verplicht om in de volgende situaties een mondkapje voor publiek gebruik te dragen.
•In voor publiek toegankelijke gebouwen en overdekte gebieden (voor zover deze open zijn) zoals:
•Winkels, musea, gemeentehuizen, stations, vliegvelden, parkeergarages, benzinestations, etc
•Scholen wanneer mensen staan of lopen. Het mondkapje kan af wanneer mensen hebben plaatsgenomen op hun zitplaats.
•Bij de uitvoering van contactberoepen, zowel voor de dienstverlener als de klant.
•In het openbaar vervoer, in stations, op perrons en bij tram- en bushaltes.

Op deze plekken is het dragen van een mondkapje verplicht. U riskeert een boete van € 95 als u geen mondkapje draagt. Let op: van 15 december t/m mogelijk de komende weken(?) zijn veel locaties gesloten.

In de volgende situaties hoeft u geen mondkapje te dragen:
•In het zwembad in het water (maar in de kleedkamer en voor begeleiders buiten het water is een mondkapje wel verplicht).
•In een kerk, moskee of andere locaties van geloofsbelijdenis.
•Als u vanwege medische redenen of andere beperkingen het mondkapje niet kunt dragen.
•Als het mondkapje een goede en veilige uitoefening van werkzaamheden in het kader van beroep of bedrijf onmogelijk maakt.

De rest van de regels en adviezen kunt u makkelijk op internet opzoeken en probeer u met uw collega's er ook aan te houden. Het is niet slim om van uw garage een kerk of moskee te willen maken om onder de mondkapjesplicht uit te komen. Het is beter dat u met uw bedrijf en of medewerkers mondkapjes maakt of laat maken met een logo van de zaak er op. Twee vliegen in 1 klap. Geef vanuit het management het goede voorbeeld in het dragen maar ook in het niet aanraken, netjes opzetten en hygiënisch af doen van de kapjes.
En ook belangrijk voor de hygiëne en milieu: ze netjes weg te gooien en of door ze geregeld (en op tijd) te wassen.

Bij welke klachten moet u denken aan Corona:
•Klachten die kunnen wijzen op corona zijn neusverkoudheid, loopneus, niezen, keelpijn, hoesten, plotseling verlies van reuk of smaak, verhoging, koorts en benauwdheid.
•Laat u testen als u 1 of meerdere van deze klachten heeft. Blijf thuis tot de uitslag van de test bekend is. En ontvang geen bezoek. Als u ook koorts heeft of benauwd bent, dan blijven ook uw huisgenoten thuis tot de uitslag van de test bekend is. Hebben uw huisgenoten ook klachten? Dan laten zij zich ook testen.
•Als uit uw test blijkt dat u wel corona heeft, blijven u en uw huisgenoten thuis. U hoort van de GGD wat u en de mensen om u heen moeten doen. Meer informatie over de leefregels thuis en wat u moet doen als u corona heeft vindt u op de website van het RIVM.

Hoe nu om te gaan met het nieuws dat de vaccinatie op gang komt? 
Voorlopig zullen de mensen die in de zorg werken, ouderen en risicogroepen voorrang krijgen bij het  vaccineren en daar zijn ook goede redenen voor. U zult met uw medewerkers waarschijnlijk niet tot die  groepen behoren dus zult nog even (enkele maanden?) moeten wachten op uw vaccinatie en ook op toeloop van publiek of klanten vrees ik. Immers de meeste mensen zullen zich de komende maanden nog behoudend op moeten stellen is mijn verwachting. En als de overheid het beleid t.z.t. gaat versoepelen is het maar de vraag of de klanten uit uw doelgroep meteen naar u of uw bedrijf komen.

Medisch gezien zal ik u wat uitleg geven
Je bent niet meteen beschermd na de eerste prik van het PfizerBioNTech coronavaccin, waardoor je nog steeds risico loopt op covid-19. Daar zijn meerdere verklaringen voor. Het duurt 10 tot 14 dagen na de eerste prik van het vaccin vooraleer je antistoffen ontwikkeld hebt die bescherming bieden. Dit is gebleken uit  klinische studies. Van het Pfizer-BioNTech vaccin heb je in principe twee dosissen nodig en je bent pas na twee weken na de eerste dosis voor 92% beschermd (2). Pas zeven dagen na de tweede dosis loopt je bescherming op tot 94-95%. Dat betekent dat je vanaf twee weken na de eerste prik minder risico loopt op covid-19, maar dat risico is niet nul. In de eerste week na je eerste vaccinatie kan je dus nog heel goed de infectie oplopen. Beschermende preventieve maatregelen blijven daarom van belang!

In aansluiting op de inleiding van dit artikel is het volgende ook van belang voor de gedachtenvorming. Bij personen die gevaccineerd worden, wordt geen coronatest afgenomen. Het is dus niet uitgesloten dat ze op het moment van de prik al besmet waren en gewoon covid-19 ontwikkelen. Ook al hadden ze nog geen klachten t.t.v. de vaccinatie. Wanneer je besmet bent, duurt het immers enkele dagen vooraleer je symptomen ontwikkelt.

Conclusie
De coronavaccinatie wordt momenteel uitgerold in Nederland bij mensen die in de Coronazorg werken, in de zorg werken zoals huisartsen en bij risicogroepen zoals ouderen. Het is te simpel gedacht dat de vlaggen nu uitgehangen kunnen worden en dat mondmaskers en social distancing niet langer nodig zijn voor wie gevaccineerd is. Dat is helaas niet meteen het geval. Je bescherming begint pas twee weken na je eerste dosis goed te werken, en stijgt nog wat na je tweede prik. Voorlopig is het maar de vraag wanneer u en uw collega's aan de beurt zijn om een vaccinatie te mogen halen. Medisch commercieel gezien moet u de huidige stand van de Coronacrisis zo beschouwen dat u in mijn ogen verder moet gaan met het op een creatieve manier blijven communiceren op afstand. Om uw klanten te bereiken en te spreken te krijgen zult u per post, digitaal of telefonisch op ze af moeten stappen. Door met het beeldscherm of telefoon de klant te benaderen kunt u mogelijk werk ophalen en of een voertuig onder de aandacht brengen.

Klassieke Peugeot 304-web

Wie weet hebben ze nog een klassieker in de garage staan waar u een mooi plan voor kunt schrijven om hem op te knappen of service te verlenen. Immers de meeste gewone auto's worden minder gebruikt en een beetje liefde voor de klassieker laat zich mogelijk vertalen in een goede opdracht voor uw bedrijf.

Pieter van der Werff

Bronvermelding:

(1)https://abcnews.go.com/Health/nurse-tests-positive-covid-19-shortly-vaccinated/story?id=74947995  
(2)Pfizer BioNTech Covid Vaccine

Lees meer...

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 19: Diagnose van een Ford Ka 1.2 met motorcode 169A4000 van bouwjaar 2009

ECU (Engine Control Unit) defect?

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een Ford Ka 1.2 met motorcode 169A4000 van bouwjaar 2009 waarvan de startmotor dienst weigert.

Deze Ford is aangeboden bij een schadehersteller in verband met schade aan de achterzijde. Nadat de schade keurig hersteld was is de Ford bij de eigenaar afgeleverd. Enige tijd na aflevering krijgt het schadeherstelbedrijf een telefoontje van de eigenaar, deze wil met de Ford op pad, maar de startmotor weigert dienst. 

Het schadeherstelbedrijf haalt de Ford op en voert enkele basiscontroles uit. Uit de basiscontroles komen geen zaken naar voren die een relatie hebben met de startmotor welke dienst weigert. Ook de achterschade lijkt geen relatie met de klacht te hebben. Wat het schadeherstelbedrijf opvalt is dat het startonderbrekerslampje blijft branden en dat de motorregeleenheid niet benaderbaar is met het diagnoseapparaat. Het schadeherstelbedrijf biedt daarop de Ford bij ons aan voor verder onderzoek.

We starten ons onderzoek met een volledige voertuigscan. Het lukt ons niet om de motorregeleenheid te benaderen. Enkele ander regeleenheden zoals de ABS regeleenheid en de centrale elektronica zijn wel benaderbaar maar ondervinden hetzelfde probleem als ons diagnoseapparaat; zij krijgen geen contact met de motorregeleenheid.

De foutmeldingen die gezet worden zijn:
->ABS 8.0 var 3: D701 CAN bericht motorstuurapparaat foutief;
->Centrale elektronica ZE 4.1: U1701 Communicatie met motormanagement foutief.

afbeelding1-5

Afbeelding 1

Uit het bedradingsschema (zie afbeelding 1) volgt dat er twee relais betrokken zijn bij de aansturing van de startmotor. Een van die relais wordt aangestuurd door de motorregeleenheid (massaschakeling). Omdat de motorregeleenheid niet benaderbaar is parkeren we de controle van de relais. Allereerst dient de motorregeleenheid benaderbaar te zijn.

afbeelding2-6

Afbeelding 2

We beginnen met controles van de voeding van de motorregeleenheid. De permanente voeding (afbeelding 2, paarse cirkel) en de contact geschakelde voeding (afbeelding 2, rode cirkel) zijn in orde. De  systeemrelaisgeschakelde voedingen (afbeelding 2, oranje cirkel) zijn niet in orde. Deze hebben een spanning van 2.3 V. Bekrachtigen we het systeemrelais (afbeelding 2, K04) handmatig dan is de systeemrelais-geschakelde spanning in orde maar de motorregeleenheid is dan nog steeds niet benaderbaar. Controle van de CAN bus verbinding (afbeelding 2, blauwe cirkel) laat correcte CAN bus boodschappen zien. 

ECU DEFECT ???
Voordat we die conclusie trekken controleren we eerst de massaverbindingen. B5, B6, B21 en B22 zijn de massaverbindingen van de ECU. Als we deze meten ten opzichte van accu plus is de spanning 0V en niet - 12V zoals we zouden verwachten. Metingen ten opzichte van accu min laten een spanning van 12V zien.

Wat is hier aan de hand? 
Als we op het schema de massaverbindingen volgen staat er aangegeven dat de massaverbindingen van B5, B6, B21 en B22 verbonden zijn met de massa motorblok. Controle van de massa motorblok laat zien dat deze niet verbonden is met accu min. Een visuele inspectie van de massakabel die verstopt zit onder accu bevestigingsplaat laat in een keer de oorzaak van het falen zien (zie afbeelding 3); een gescheurde  massakabel.

afbeelding3-6

Afbeelding 3

Na herstel van de massakabel werkt de Ford weer naar behoren; een geluk bij een ongeluk, de motorregeleenheid lijkt geen schade te hebben opgelopen van de klapperende massaverbinding als gevolg van de scheur in de massakabel.

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te  verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu 

Lees meer...

De bedoeling van partijen!

Als advocaat adviseer ik mijn cliënten geregeld over het sluiten van overeenkomsten. Soms wordt alleen mijn advies ingewonnen, maar veelal stel ik de tekst van de overeenkomst ook voor mijn cliënten op. Denk hierbij aan bedrijfsovernames, samenwerkingsovereenkomsten, dealerovereenkomsten, huurovereenkomsten of koopovereenkomsten. Van belang is daarbij natuurlijk dat de afspraken tussen partijen zo goed mogelijk op papier staan en de noodzakelijke juridische clausules worden opgenomen. Want als er ooit discussie ontstaat over wat partijen nu precies zijn overeengekomen, kan worden teruggegrepen op de tekst van het contract
en kan worden bepaald wat er dan is afgesproken. Toch moet ik daarbij de kanttekening plaatsen dat niet alleen de tekst van belang is. In sommige gevallen kijkt een rechter namelijk niet alleen naar de tekst, maar wordt verder gekeken. Er wordt dan gezocht naar "de bedoeling van partijen".

Uitgangspunt is echter wel de tekst van de overeenkomst. Daarom moet deze helder zijn en in begrijpelijke taal. Juristen hebben er een handje van lange zinnen aan het papier toe te vertrouwen met moeilijke woorden en schuwen ook "archaïsch taalgebruik" zeker niet. Soms ontkom je er uiteraard niet aan dat een zin wat langer is en sommige "moeilijke" woorden zijn juridisch jargon en kunnen niet ontbreken. Maar "dikdoenerij" moet je echt voorkomen en je moet er alles aan doen de tekst zo helder mogelijk te maken. Vaak verdient het de voorkeur de tekst meer in "Jip en Janneke-taal" te schrijven, dan er een warrig onleesbaar verhaal van te maken. Het moet immers ook voor de partijen en derden duidelijk zijn en het moet niet enkel worden geschreven voor juristen.

Maar ondanks dat een tekst van een overeenkomst nog zo helder opgesteld kan worden, kan er toch discussie over ontstaan. En wat staat je dan te doen als er een geschil ontstaat over de vraag wat partijen zijn  overeengekomen? Met name als er juristen in het spel komen, is de kans dat dat gebeurt groot. Juristen zijn er namelijk heel goed in verschillende interpretaties te geven aan bepalingen en waarbij dan uiteraard juist die uitleg gekozen wordt die het meest in het belang is van hun klant. Hoe helder een contract ook wordt opgesteld, dit is vrijwel nooit geheel uit te sluiten.

Als partijen het dan niet eens worden, zal uiteindelijk een rechter over de vraag moeten oordelen wat partijen hebben afgesproken. Een rechter kijkt dan als uitgangspunt naar de tekst van de overeenkomst. Met name bij "commerciële contracten" is de taalkundige uitleg van de tekst uitgangspunt. Als één van partijen beweert dat er echter iets anders is overeengekomen, is het wel mogelijk om daar "tegenbewijs" van te leveren. Het ligt dan op het pad van de partij die de letterlijke tekst weerspreekt om aan te tonen dat partijen iets anders voor ogen hadden.

Dat brengt mij dan ook bij een heel belangrijk punt wat in de praktijk geregeld over het hoofd wordt gezien. Bij het sluiten van een contract is uiteraard het "eindproduct", zijnde het door de betrokken partijen getekende document, van belang. Veel mensen denken dus ook dat ze zo'n contract met hun leven moeten bewaken. Maar niet alleen dat schriftelijke document is van belang. Wat net zo belangrijk is en wat mensen meestal vergeten, is hetgeen aan het sluiten van die overeenkomst vooraf is gegaan. Juist daarin is vaak de bedoeling van partijen terug te vinden en daarin is dan vaak ook het bewijs gelegen van een andere afspraak dan zoals die uit de tekst van het contract blijkt. Denk hierbij aan emailcorrespondentie, brieven, whatsapp-berichten of gespreksverslagen die aan het sluiten van het contract vooraf zijn gegaan. Hieruit blijkt vaak precies wat partijen voor ogen hebben gehad toen ze het contract sloten. Mocht er dan op enig moment discussie ontstaan over de uitleg van het contract, dan kan daaruit dus de bedoeling worden afgeleid.

Stel dan dat een partij kan aantonen dat de bedoeling van de partijen bij het sluiten van de overeenkomst toch echt anders is geweest dan de letterlijke tekst in de overeenkomst, dan is de kans zeker aanwezig dat de rechter afstapt van zijn uitgangspunt dat de letterlijke tekst gevolgd moet worden en de partij die die letterlijke tekst ter discussie stelt uiteindelijk toch aan het langste eind trekt. 

Een goed contract moet dus helder zijn en als uitgangspunt moet uit de tekst duidelijk blijken wat partijen hebben afgesproken. Voor het geval een partij stelt dat de bedoeling van de partijen toch anders is geweest dan zoals het op papier staat, is het van belang daar bewijs van te kunnen leveren. Mijn advies aan mijn cliënten, welke tip ik bij dezen ook met u deel, is om voor dat geval ook altijd goed de voorgeschiedenis te documenteren, door alle correspondentie en bijvoorbeeld gespreksverslagen goed te bewaren. Mocht er dan ooit discussie ontstaan over wat er nou precies is afgesproken, dan kan dat de rechter zeker helpen te bepalen wat nou precies tussen partijen is afgesproken. De kans is in zo'n geval groot dat de rechter dan niet alleen kijkt naar de letterlijke tekst van het contract, maar ook naar "de bedoeling van partijen". 

Zoekt u ook hulp bij het opstellen van een contract? Of heeft u een ander juridisch probleem?
Neem dan geheel vrijblijvend contact op met Binnema Advocatuur om meer informatie te ontvangen en bel 058 2030193 of stuur een e-mail naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.  

Kijk voor meer informatie op:
www.binnema-advocatuur.nl 

Lees meer...

Feiten en opinies

Soms weet je niet precies waar je aan toe bent, maar momenteel zijn in elk geval twee dingen heel zeker: we leven in onzekere tijden. En we weten dat we met z'n allen wonen en werken op een 'economic's planet', waar straks de dagelijkse zaken in grote lijnen - met of zonder hindernissen - weer op gang moeten komen.

Wel wordt er ook in deze tijd steeds meer van ons verwacht, waarbij de vaardigheid van verkopen één van de belangrijkste schakels is en blijft. Als verkoper moet je juist nú ijzersterk in je schoenen staan, en feiten van opinies kunnen onderscheiden. Dat er vorig jaar 25% minder auto's aan de man is gebracht, is een feit. Dat je daar de laatste weken wakker van ligt, hoeft dat niet te zijn. Misschien praat je er met Jan en alleman over en laat je je beïnvloeden door wat er tijdens die gesprekken op tafel komt. Besef dan terdege dat je dan meestal geen feiten hoort, maar eigen interpretaties. Opinies.

Niks is voor niks
Het feit ligt er: er is inderdaad een kwart minder verkocht. Daar kun je urenlang over blijven hannesen met lotgenoten. Maar daar schiet je dus niks mee op. Bedenk in plaats daarvan, wat je er eventueel aan kunt doen. En hoe je nu zélf weer aan de bal kunt komen. Eén van de dingen binnen jouw cirkel van invloed is zelfverbetering. Werken aan jezelf. Ga met jezelf in gesprek. Probeer te ontdekken welke persoonlijke eigenschap jij aan zou moeten pakken, omdat die toekomstig succes in de weg staat. De ware verkoper heeft genoeg zelfkennis om minstens één persoonlijk pijnpuntje te benoemen. En weet je: op zich is dat al pure winst.

Voorbeeldje
Een veel voorkomende misser is dat verkopers van tevoren vaak al denken in te schatten hoe groot - of klein - het budget is van een potentiële klant. Niet doen! De praktijk heeft mij geleerd dat veel kopers uiteindelijk meer geld uitgeven dan ze eerst van plan waren. Feit is dat veel verkopers dergelijke responses en automatismen vertonen. Ze leveren echter niks op en zijn dus voor verbetering vatbaar. 'Niks is voor niks,' was een wijze les van mijn moeder. 'Alleen stof komt vanzelf aanwaaien.'

Andere aanpak
Elke verandering, elke verbetering kost tijd of geld. Het is nu eenmaal niet anders. Dat is ook precies de reden waarom veel mensen er niet in slagen om zich aan te passen en zaken anders aan te pakken. Ze steken niet voldoende tijd of geld in hun eigen ontwikkeling, en mokken als ze merken dat zij steeds maar geen stap verder komen. Ondernemingen lopen zelden orders mis of raken die kwijt, omdat de concurrentie betere producten heeft, of betere service biedt. Er werken simpelweg betere verkopers. Wat denk je: feit of opinie?

Wil je aan jezelf gaan werken en jezelf ontwikkelen aan de hand van bewezen strategieën en adviezen uit de praktijk, lees - of luister! - dan 'Alles = Verkopen'. Het fysieke boek kun je bestellen op Bol.com, of gratis (!) afhalen bij Bloemhof & Pleiter Auto's in Rouveen of bij BWS Bedrijfsauto's in Steenwijk.

Het ga je goed!
Tot de volgende keer.
Jan Bloemhof

Lees meer...

Die ophef moeten we maar eens opheffen!

Corona. Corona. Corona. Er lijkt maar geen einde te komen aan de pandemie. Telkens komen er nieuwe regels, en de al dan niet dringende adviezen zijn al evenmin van de lucht. Iedereen denkt er het zijne van. Feit is dat veel mensen gewoon bang zijn. Of ze zoeken binnen de adviezen de grenzen op. Zo vonden ze in Staphorst dat er binnen de regels best 3x 600 gelovigen in een kerk konden. En de minister, die keihard hamert op de regels en mensen die zich daar niet aan houden aso's vindt, trad diezelfde regels met voeten op z'n eigen huwelijksfeestje.

Iedereen vindt er het zijne van. En iedereen lijkt daar ophef over te maken. Zo te zien is dit ons belangrijkste werk in dit vreemde jaar: commentaar geven op alles en iedereen, met stemverheffing de eigen mening kenbaar maken en dus vooral: veel ophef maken.
Alle kranten, journaals, praatprogramma's: ophef, en nóg eens ophef. Bang als men is om lezers, luisteraars of kijkers kwijt te raken, proberen ze de concurrentie te overschreeuwen en het item nóg sensationeler vorm te geven. Weet je wat ik daarvan vind?
Het is allemaal eendengelul, of zo je wilt: oeverloos gekwaak. De praktijk wijst uit dat mensen die veel kwaken, verder bijzonder weinig inhoud hebben. En dat proberen ze te verdoezelen door veel te gaan kwaken. Je kunt je veel beter gaan gedragen als een adelaar. Je hoofd fier omhoog. Recht je rug. Neem verantwoordelijkheid voor jezelf en voor wat je doet en zegt. Stel jezelf de vraag, wat er binnen jouw cirkel van invloed valt. En vooral: wat daar niét binnen valt. Over dat laatste heb je geen zeggenschap. Corona valt in die categorie: het is er nu eenmaal. Jij en ik kunnen er niks aan doen. Onze reactie erop valt wél binnen de cirkel. We moeten laten zien dat wij onze eigen verantwoordelijkheden kennen en we moeten ons daarnaar gedragen. Bovendien vind ik dat we al die ophef maar eens moeten opheffen.

Als verkoper kun je jezelf gaan afvragen, hoe je in deze omstandigheden meer kunt verkopen. Zo kun je (1) ondanks alles actiever worden. Je doet meer en gaat effectiever met je tijd om. Ook kun je (2) je vaardigheden verbeteren. Probeer je klanten nóg beter te doorgronden en in te zien, wat hen beweegt. Of hoe je hen in beweging kunt brengen. Probeer te denken zoals zij. Waarom nemen ze een bepaalde beslissing? En wat ligt daaraan ten grondslag? Juist in deze bijzondere tijd is het essentieel, dat jij jezelf verder ontwikkelt en je vaardigheden verbetert en aanscherpt. Ga ervan uit dat er weer betere tijden komen. Besef dat jouw verwachtingen het plafond van je resultaten creëren. Laat die stelling maar eens goed tot je doordringen.

Wil je aan jezelf gaan werken en jezelf ontwikkelen aan de hand van bewezen strategieën en adviezen uit de praktijk, lees - of luister! - dan 'Alles = Verkopen'. Het fysieke boek kun je bestellen bij Bol.com, of gratis (!) afhalen bij Bloemhof & Pleiter Auto's in Rouveen.

Het ga je goed!
Tot de volgende keer.
Jan Bloemhof

Lees meer...

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 18: Diagnose van een brandstofdrukstoring in een BMW 116i met motorcode N13B16A (bwj. 2012)
Eén storing, twee oorzaken!

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een brandstofdrukstoring in een BMW 116i met motorcode N13B16A van bouwjaar 2012. 

Onze opdrachtgever heeft de koppakking vervangen. Na deze ingrijpende reparatie wordt er een proefrit uitgevoerd. Tijdens de proefrit gaat het storingslampje branden en gaat de motor in noodloop met als storing "11A002 brandstof-hogedrukregeling, druk te laag". De opdrachtgever heeft al wat basiszaken gecontroleerd maar geen afwijkingen aangetroffen. Ook heeft hij de hogedruk brandstofpomp gewisseld met een andere hogedruk brandstofpomp. Dit had geen effect op de storing. 

Als we de BMW in behandeling nemen valt ons op dat de brandstofdrukstoring tijdens twee situaties optreedt; (1) af-en-toe tijdens een koude start en (2) tijdens belasting van de motor op de snelweg. Allereerst controleren we of er een software update beschikbaar is voor de motorregeleenheid. Dit blijkt niet het geval te zijn. De motorregeleenheid heeft de laatste softwarestand aan boord. Daarnaast resetten we alle adapties van de motorregeleenheid. Dit heeft geen invloed op de storing.

Om vast te stellen wat er gebeurt tijdens het optreden van de klacht meten we de signaalspanningen van de krukassensor, de inlaatnokkenas sensor, de uitlaatnokkenassensor en de hogedrukbrandstofdruksensor. Tegelijkertijd meten we de aansturing van injector 1 en 2 en de aansturing van bobine 1 en 2 om vast te stellen wat er gebeurt als de klacht optreedt. Deze meting staat weergegeven in afbeelding 1.

afbeelding1-5-voor website

Afbeelding 1

We vergelijken de meting van het krukassignaal en de beide nokkenassen met dezelfde metingen bij eenzelfde motor. Daaruit komt naar voren dat de inlaatnokkenas circa 18 krukasgraden (9 nokkenasgraden) te "laat" staat. Daarop besluiten we de timing fysiek te controleren. Als we het gereedschap op de nokkenassen plaatsen blijkt inderdaad dat de inlaatnokkenas niet op tijd staat. 
Zie afbeelding 2.

afbeelding2-5-voor website

Afbeelding 2

We zetten de distributie op tijd en maken een aantal proefritten, verdeeld over verschillende dagen. Ons valt op dat de storing niet meer optreedt bij een koude start, maar alleen nog optreedt tijdens belasting van de motor op de snelweg. Omdat we de beschikking hebben over originele fabrikantsoftware kunnen we een aantal controles uitvoeren via de diagnosesoftware van BMW. We voeren controles uit van het lagedruk brandstofgedeelte, de hogedruk brandstofdruksensor en het hogedruk brandstofgedeelte. Het resultaat van die controles is keer op keer dat de hogedruk brandstofpomp defect is. Onze opdrachtgever had de hogedruk brandstofpomp echter al een keer gewisseld met een andere hogedruk brandstofpomp en gaf aan dat dit geen effect had op de storing. Omdat we geen duidelijke afwijking in onze metingen zien tijdens het optreden van de storing en omdat de controles van de BMW  diagnosesoftware steevast de hogedruk brandstofpomp als oorzaak aanwijzen pakken we de (de)montage handleiding van de hogedruk brandstofpomp erbij. 

Uit die handleiding komt naar voren dat de hogedruk brandstofpomp op een speciale manier gemonteerd dient te worden, zie afbeelding 3. We besluiten om de pomp te demonteren en zien dan gelijk dat de as van de pomp 180 graden verdraaid ten opzichte van de voorgeschreven positie gemonteerd is. We herstellen de montage van de pomp en stellen na diverse proefritten vast dat de storing als sneeuw voor de zon verdwenen is. De BMW kan weer terug naar de eigenaar. Van storing naar gerichte reparatie!

afbeelding3-5-voor website

Afbeelding 3

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu

Lees meer...

Help, mijn klant betaalt niet! Hoe incasseer ik een geldvordering?

Tot de coronacrisis stond Nederland er economisch gezien goed voor. Het coronavirus heeft wereldwijd genadeloos om zich heen geslagen en of er al een einde in zicht is, durft niemand te zeggen. Het coronavirus, en dan met name de angst die het bij velen  veroorzaakt, drukt onze economische bloei. Het gevolg daarvan is dat mensen hun rekeningen niet meer kunnen of willen betalen. Iedereen wordt daarmee geconfronteerd en elke ondernemer vraagt zich af wat hij of zij hiermee moet. Wat staat mij te doen wanneer een klant mij niet betaalt? Dit is een vraag die ik als advocaat geregeld van klanten krijg.

Het minnelijke traject
Het is natuurlijk verstandig zelf eerst eens contact op te nemen met een klant die niet betaalt. Hoor eens wat er achter zit. Is  iemand simpelweg niet in staat te betalen of wil iemand niet betalen. In het eerste geval is het verstandig te proberen een redelijke betalingsregeling overeen te komen. Van een kale kip valt immers niet te plukken. In het tweede geval is het goed te horen wat dan de reden is waarom de klant niet wil betalen. Is er een klacht over bijvoorbeeld de uitgevoerde reparatie of de geleverde auto? Als zo'n klacht terecht is, kan er een oplossing voor worden gevonden en anders kan worden uitgelegd dat er toch betaald moet worden. De meeste ondernemers voelen dit wel aan en weten dat het verstandig is eerst zelf eens de telefoon te pakken.

Het buitengerechtelijke incassotraject
Mocht een goed gesprek met de niet betalende klant nergens toe leiden of mocht de klant simpelweg nergens op reageren, dan moet het formele incassotraject worden ingezet. Belangrijk is daarbij als ondernemer een strak debiteurenbeleid te voeren. Zie er strak op de gestelde betalingstermijnen toe. Op het gros van de in Nederland verzonden facturen staat de standaard tekst "Gelieve binnen veertien dagen te betalen", maar zeer weinig ondernemers zien er ook strikt op toe dat binnen die termijn wordt betaald. Vaak blijven niet betaalde facturen na die veertien dagen nog lange tijd liggen voordat iemand binnen het bedrijf er iets mee doet. Door daar echter strikt op toe te zien en actie te ondernemen wanneer niet betaald wordt, kan veel "stilstaand geld" worden voorkomen. Wanneer je klant je niet betaalt, ben jij als het ware een financier van je klant. Daar ben je echter geen ondernemer voor geworden.

Mijn tip is dus na het verstrijken van de eerste betalingstermijn direct een vriendelijke betalingsherinnering te sturen. Hou de toon nog wat vriendelijk, aangezien er natuurlijk altijd mensen zijn die simpelweg zijn vergeten de factuur te betalen. Die klanten wil je niet wegjagen door direct een brief op hoge poten te versturen.

De 'veertien-dagenbrief'
Mocht zo'n vriendelijke betalingsherinnering niet tot betaling leiden, dan volgt het startschot voor een incassoprocedure. In de incassobranche wordt wel gesproken van het verzenden van een zogenaamde 'veertien-dagenbrief'. Die brief wordt zo genoemd omdat aan particuliere klanten altijd een termijn van minimaal veertien dagen geboden moet worden om vrijwillig tot betaling over te gaan. Pas wanneer die veertien dagen nadat de particuliere klant kennis heeft kunnen nemen van de brief zijn verstreken, kun jij als ondernemer aanspraak maken op een vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. In die veertien-dagenbrief moeten die
buitengerechtelijke kosten ook worden vermeld. De klant die niet betaalt moet, om het maar simpel te zeggen, geïnformeerd  worden over het feit dat hij bijkomende kosten verschuldigd wordt wanneer hij binnen de in de brief gestelde termijn van veertien dagen niet tot betaling overgaat. Er wordt vaak gekozen voor een termijn van veertien dagen om dat de post soms een dag te laat is en in de wet aan de niet betalende klant een minimale termijn van veertien dagen wordt gegeven. Met die veertien dagen zit je meestal dus veilig. Wanneer je zaken doet met een andere ondernemer behoef je de wettelijke termijn strikt genomen niet in acht te nemen. Om je debiteurenbeleid echter op orde te houden en niet telkens verschillende brieven te hoeven versturen, raad ik klanten aan om altijd één formele sommatiebrief te gebruiken en daarbij geen onderscheid te maken tussen particuliere klanten en bedrijfsmatige klanten. Stel dat jij als ondernemer alleen zaken doet met bedrijven, dan ligt het anders, maar dat is iets dat ik in de autobranche niet vaak zie. 

Buitengerechtelijke kosten
Hiervoor stipte ik al aan dat een klant op enig moment ook de zogenaamde 'buitengerechtelijke kosten' verschuldigd wordt. Dat zijn de kosten die jij moet maken om de klant buiten een procedure om te bewegen alsnog tot betaling over te gaan. Door de wetgever is een speciaal besluit gemaakt waarin aan de hand van percentages berekend kan worden om welk bedrag het gaat. Bij  vorderingen van grofweg onder de € 2.500,- bedragen de buitengerechtelijke kosten eigenlijk altijd 15% van het openstaande bedrag met een minimum van € 40,-. Komt de vordering boven die € 2.500,-, dan neemt het percentage eerst af tot 10% en dat tot een bedrag van € 5.000,-. Daarboven wordt het 5% tot € 10.000,- en alles daarboven tot € 200.000,- wordt 1%. Als de termijn in de veertien-dagenbrief is verstreken, moet de klant dit bedrag betalen. 

Het inschakelen van een incasso specialist
Wordt er na het versturen van de zestien-dagenbrief, die jij als ondernemer het beste zelf kunt versturen, niet betaalt, dan kan de zaak worden overgedragen naar een incasso specialist, zoals bijvoorbeeld een gespecialiseerde incasso-advocaat. Omdat de klant de in de brief geboden termijn al heeft laten verstrijken, moet hij sowieso de buitengerechtelijke kosten betalen. Daarmee worden de kosten voor buitengerechtelijke werkzaamheden door de incasso specialist meestal volledig gedekt. Als de klant dan uiteindelijk betaalt, hoef je dat zelf niet te betalen. 

Het opstarten van een procedure
Nu de klant niet reageert of niet wenst te betalen naar aanleiding van diverse verzoeken en sommaties daartoe, zit er niks anders  op dan een procedure op te starten. Zo'n procedure wordt opgestart door een dagvaarding op te laten stellen door een incasso-specialist. Daarin wordt uitgelegd welk bedrag jij te vorderen hebt en waarom de rechter de niet betalende klant moet veroordelen tot betaling. In die dagvaarding zullen ook de bijkomende kosten gevorderd worden, zoals de hiervoor al besproken buitengerechtelijke kosten en ook een vergoeding voor de kosten in de gerechtelijke procedure.Conservatoir beslag Voorafgaand aan zo'n procedure kan ook beslag worden gelegd onder de niet betalende klant. Beslagen worden in Nederland gelegd door deurwaarders, maar toestemming om een beslag te leggen voordat de procedure wordt opgestart dient in Nederland door een advocaat aan de rechtbank verzocht te worden. Het voordeel van zo'n beslag kan zijn dat de niet betalende klant zijn vermogensbestanddelen niet allemaal kan wegsluizen. Als de rechter hem of haar veroordeelt tot betaling, is het geld ook nog  steeds aanwezig. Ander voordeel daarbij kan zijn, dat een dergelijk beslag best wel tot druk kan leiden en de klant dan alsnog tot betaling overgaat. Denk bijvoorbeeld aan het leggen van beslag op een bankrekening waardoor de klant niet langer bij zijn geld kan komen. Je kunt het jezelf wel voorstellen dat dat tot vervelende situaties leidt. Het leggen van beslag kan in bepaalde gevallen dus doeltreffend zijn.

Het vonnis van de rechter
Nadat de procedure bij de rechtbank is doorlopen, komt de rechter tot een uitspraak. In veel gevallen voert een niet betalende klant niet eens verweer. Dan leidt een procedure binnen een betrekkelijk korte termijn tot een zogenaamd 'verstekvonnis'. Dat is een procedure waarbij de wederpartij geen verweer voert. Voert de niet betalende klant wel verweer, dan leidt het tot een vonnis 'op tegenspraak', zoals dat in juridisch jargon wordt genoemd. Dan houdt de rechter wel rekening met de verweren die de niet betalende klant voert. In zo'n geval zijn er twee opties, ofwel u wordt geheel of gedeeltelijk in het gelijk gesteld, ofwel uw vorderingen worden afgewezen.

Tenuitvoerlegging vonnis
Wordt u geheel of gedeeltelijk in het gelijk gesteld, dan moet de niet betalende klant alsnog betalen. Het vonnis kan 'ten uitvoer worden gelegd', zoals dat heet. Dat gebeurt door de deurwaarder beslag op het vermogen van de niet betalende klant te laten leggen. Meestal hoeft het niet zover te komen en ziet de niet betalende klant alsnog in dat er betaald moet worden. 

Hoger beroep
Bent u of de klant het niet eens met de uitspraak van de rechter, dan kan daartegen in hoger beroep worden gegaan. Dat kan niet in alle zaken. Geldvorderingen onder de € 1.750,- zijn van hoger beroep uitgesloten. Daarvoor vindt de wetgever het bedrag te laag. Bij de lage geldvorderingen is de eerste uitspraak die de rechter doet dus ook bindend. Wanneer u of uw klant ervoor kiest in hoger beroep te gaan, wordt de zaak opnieuw beoordeeld en ditmaal door het Gerechtshof. In zo'n procedure is het verplicht een advocaat in te schakelen. Het Gerechtshof zal dan opnieuw kijken of zij het wel of niet met uw vorderingen eens zijn. 

Faillissementsaanvraag als ultiem pressiemiddel
Stel nu dat al deze inspanningen ten spijt de klant na een veroordeling door de rechter alsnog niet betaalt. Staat u dan met lege handen en heeft u onnodige kosten gemaakt? Als de klant u uiteindelijk niet betaalt, is dat inderdaad wel de bittere waarheid. Wat u dan nog zou kunnen doen, is als laatste mogelijkheid nog druk op de klant uit te oefenen door diens faillissement aan te vragen.

Daarvoor heeft u uw eigen vordering nodig en daarnaast moet u bekend zijn met andere vorderingen die de klant niet betaalt. Meestal is het wel mogelijk een dergelijke vordering te achterhalen. U kunt dan door een advocaat een verzoek bij de rechtbank laten indienen om het faillissement van de klant aan te vragen. In veel gevallen laat iemand het daar niet op aankomen en leidt die druk alsnog tot betaling. Mocht ook dat uiterste redmiddel niet slagen, dan wordt de klant failliet verklaart en dient een curator diens faillissement af te wikkelen. Als het om een natuurlijk persoon gaat, zal hij of zij vaak in de schuldsanering terecht komen. Als het daartoe leidt, is de kans klein dat u uw volledige vordering betaald krijgt. Dan is helaas de bittere waarheid dat u een hoop kosten hebt gemaakt en u uw geld kwijt bent.

De meeste klanten betalen alsnog
Gelukkig doet de laatstgenoemde situatie zich niet vaak voor. In de meeste gevallen betaalt de klant alsnog op het moment dat een advocaat in beeld komt. Veel klanten willen het er niet op aan laten komen dat zij in een gerechtelijke procedure terechtkomen. Voorafgaand daaraan wordt daarom vaak een regeling getroffen. Als een klant het wel op een procedure laat aankomen, wordt er veelal na een veroordelend vonnis betaalt. Slechts in uitzonderlijke gevallen, wordt er helemaal geen geld ontvangen en dat is dus wel een risico dat je als ondernemer neemt wanneer je een incassotraject opstart, maar het is wel een risico dat je als ondernemer in mijn optiek moet nemen. Doe je immers niks tegen een niet betalende klant, dan weet je zeker dat je naar je geld kunt fluiten!

Wordt u ook wel eens geconfronteerd met klanten die u niet (tijdig) betalen?
Wilt u weten hoe u dit kunt oplossen?
Neem dan geheel vrijblijvend contact op met Binnema Advocatuur om meer informatie te ontvangen en bel 058 2030193 of stuur een e-mail naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.  
Kijk voor meer informatie op:
www.binnema-advocatuur.nl 

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Columnisten Pro

Autodiagnose.eu

april 24, 2022

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 22: Diagnose van een Toyota FJ Cruiser van bouwjaar 2007 Onregelmatige hartslag.... ...

DE NIEUWE WET FRANCHISE

november 15, 2021

DE NIEUWE WET FRANCHISE

In veel branches komt franchising voor. Zo ook in de autobranche. Franchiseorganisaties cr...

Autodiagnose.eu

november 15, 2021

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 21: Diagnose van een Mercedes-Benz E200 van bouwjaar 2006Adem in, adem uit...............

AUTODIAGNOSE.EU

juli 07, 2021

AUTODIAGNOSE.EU

Praktijkgeval 20: Diagnose van een Mazda MX5 met motorcode B6D van bouwjaar 2001 Een simpel systeem...

Nieuwe wetgeving tegen tellerfraude

juli 07, 2021

Nieuwe wetgeving tegen tellerfraude

Het is iets waar elke ondernemer in de autobranche vast wel eens tegen aan is gelopen: een auto...

Gevaccineerd en nu?

maart 16, 2021

Gevaccineerd en nu?

Wie gevaccineerd is met een coronavaccin, kan toch nog Corona krijgen.. Een verpleger in Amerik...